AV Haarlem Beginpagina nr 19 Nr 17

18. Joop Verkes

Beste prestaties bij AV Haarlem
polshoog3.801935 

Overleden rond 1948/1949. Actief vanaf 1934 tot zijn overlijden.

Te vroeg overleden maar desondanks zeer succesvolle polsstokspringer. Joop kwam bij de HAV in de periode dat Anne van der Zee al een aantal jaren de toon aangaf in Nederland (5x Nederlands kampioen in de jaren 1930-1935). Toen Anne zijn carriere op een eind liep stonden zijn opvolgers bij de HAV al klaar: Cor Lamoree en Joop. In zijn eerste jaar (1934) sprong Joop al over 3.50, waarmee hij op de jaarranglijst van Nederland 5e stond. In de strijd om de PH-beker werd hij 4e met 3.30.

De pure polsstokspecialist Joop behaalde in 1935 zijn eerste succes door op de NK 2e te worden achter Anne van der Zee (3.80 voor Anne, 3.70 voor Joop). Dat jaar kwam hij ook voor het eerst in de Nederlandse ploeg. Bovendien stelde hij in Rotterdam zijn persoonlijk record op 3.80, een prestatie die hij later nog wel eens zou evenaren, maar nooit verbeteren. De 3.80 was overigens maar 10 cm lager dan het Nederlands record van Anne van der Zee. 1936 was voor Joop een minder jaar, vooral omdat hij voorbijgestreefd werd door Cor Lamoree, die hem met Anne van der Zee buiten de PH-bekerploeg en buiten de medailles op de NK hield.

In 1937 nam Joop op de enig juiste wijze revanche door met 3.70 zijn eerste Nederlandse titel te grijpen. In hetzelfde jaar sprong hij ook nog over 3.75, waarvoor hij van het bestuur de Kreigsman-beker kreeg. Een jaar later moest hij op de NK genoegen nemen met brons (3.50) achter winnaar H.Hoven (AVG '26) en Cor Lamoree (beiden 3.69,5). In 1939 sloegen de HAV-ers een dubbelslag en haalden Cor Lamoree en Joop beiden 3.70. Joop moest echter genoegen nemen met zilver achter Cor. Cor en Joop waren inmiddels een vrijwel onverslaanbaar duo geworden, dat jaren achtereen het polsstokspringen in de strijd om de PH-beker beheerste en nogal eens namens HAV de volle buit (11 punten, 6 voor de eerste plaats en 5 voor de tweede) mee naar huis nam. Toch moesten de 2 Haarlemmers in de eerste oorlogsjaren een stap terug doen op de NK. Joop haalde in 1941 nog wel brons (3.40) achter o.a. winnaar Wim Peters (PEC) die over 3.70 sprong. Toch was 1941 een succesvol jaar, want Joop werd met de HAV clubkampioen van Nederland.

In 1942 was Joop weer helemaal terug: hij sprong naar zijn 2e Nederlandse titel met een hoogte van 3.75. In 1943 moest hij Cor Lamoree (3.80) weer voor laten gaan en werd het zilver (3.60), weer een dubbel voor de HAV dus. In hetzelfde jaar greep Joop met de HAV-ploeg voor het laatst in de historie van onze club de winst in de strijd om de PH-beker. Een jaar later was Joop voor de 3e keer Neerlands beste polsstokspringer, met 3.60 werd hij voor de laatste keer Nederlands kampioen. Toch was zijn loopbaan zeker nog niet ten einde, want na de oorlog was de heerschappij van Cor en Joop nog lang niet ten einde: in 1946, 1947 en 1948 werden Cor en Joop (in die volgorde) telkens 1e en 2e op de NK: 3.97,5 om 3.65 (1946), 3.90 om 3.65 (1947) en 3.80 om 3.70 (1948). Stellig had dit nog een aantal jaren zo door kunnen gaan, ware het niet dat niet lang na zijn laatste zilveren medaille van 1948 Joop werd getroffen door het noodlot. Hij werd dodelijk slachtoffer van een verkeersongeluk met zijn motor. De HAV was een groot atleet kwijt. Ten tijde van zijn overlijden stond Joop op de Nederlandse ranglijst aller tijden gedeeld 3e achter Cor Lamoree en Anne van der Zee. Zijn prestaties krijgen nog meer relief als men weet dat hij in 1961 nog altijd op de 8e plaats van die ranglijst stond en dat zijn 3.80 uit 1935 toen nog slechts 21 cm onder het Nederlands record was. Dat men tegenwoordig door verbeterde stokken (glasfiber in plaats van bamboe), landingsmatten (i.p.v. een zandbak) en overige omstandigheden zo'n twee meter hoger springt doet daar niets aan af. Ondanks de oorlog (waarin uiteraard geen landenwedstrijden mogelijk waren) en zijn vroegtijdige dood kwam Joop in zijn atletiekloopbaan toch nog 6x uit voor het Nederlands team.

Frank van Ravensberg