|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Lid van AV Haarlem geworden in april 1981. Kwam daarvoor uit voor Lycurgus (Krommenie) en (vanaf 1979) voor KAV Holland. Hoogspringspecialist, die al 2 decennia lang voor onze club actief is, zowel als atleet als als trainer. Erik was als junior bij Lycurgus al een nationale topper. In 1977 sprong hij over 2.08, toen slechts 5 cm onder het Nederlands jeugdrecord van Ruud Wielart. In 1979 werd hij 2e op de NK indoor met 2.11. Daarna vertrok hij naar KAV Holland, waar hij zich dat jaar verbeterde tot 2.14, waarmee hij (gedeeld) 2e op de Nederlandse jaarranglijst stond. Vreemd genoeg werd hij bij het buiten-NK met zijn 2.14 maar 3e. Bij het hinkstapspringen stond hij in 1979 met 13.86 op de 12e plaats van Nederland. In 1980 won hij op de buiten-NK weer brons, terwijl zijn beste sprong van 2.10 ook een 3e plek op de nationale seizoensranglijst betekende. In 1981 meldde Erik zich bij AV Haarlem, waar hij als stevige roker door menigeen enigszins argwanend werd ontvangen. Hoewel hij op de NK in 1981 niet in de prijzen viel, wist hij zich na een verblijf in de USA dat jaar toch te verbeteren tot 2.16, waarmee hij weer 2e op de Nederlandse seizoensranglijst stond en waarmee hij in de competitiefinale namens onze club de meeste punten (983) haalde. Erik zou vanaf 1981 (waarin hij al 3 van de 4 competitiewedstrijden meemaakte) van grote waarde blijken in de strijd om de PH-beker. Met enige onderbrekingen zou hij in de jaren tot en met 1998 voor onze club in de PH-beker meestrijden. Begin 1982 verbleef Erik opnieuw in de USA om vanaf juni echter toe te slaan. Zo sprong hij op de 2e competitiewedstrijd over 2.10 en werd hij in Amsterdam voor het eerst Nederlands kampioen bij de senioren door ondanks een knieblessure over 2.12 te springen. Ook werd hij geselecteerd voor de interland Griekenland-Nederland-Oostenrijk in Athene (GRE). Eind juli verraste Erik door bij de Nike-Games in Nijmegen te winnen met zijn beste sprong ooit (2.20). Met die 2.20 stond Erik (samen met clubgenoot Ruud Wielart) gedeeld 1e op de Nederlandse ranglijst van 1982. Op de onderlinge wedstrijden was hij na 4 onderdelen op weg naar de overwinning toen hij zich blesseerde. In 1983 zette Erik zijn succesvolle reeks door. Hij werd zowel indoor (2.08) als buiten (2.12) Nederlands kampioen. Al vroeg in het seizoen sprong hij in Duitsland over 2.15, 2.16 en 2.18. Bovendien werd hij geselecteerd voor de interland België-Nederland in Willebroek (B), waar hij 3e werd met 2.11 en voor de interland Ierland-Denemarken-IJsland-Nederland-Noorwegen in Dublin (EIR), waar hij 2e werd met 2.05. Door een enkelblessure bleef het in 1983 bij 2.18, wat wel (voor het eerst) een ongedeelde 1e plaats op de Nederlandse ranglijst betekende. In de competitiefinale werd het met 2.10 voor zowel Erik als Ruud Wielart een dubbele overwinning bij het hoogspringen met het hoogste puntentotaal (942) van de dag. Bij de onderlinge wedstrijden werd Erik 2e, niet ver achter winnaar Armand Ellsworth. Het seizoen 1984 begon voor Erik in mineur door een knieblessure. Toch wist hij in zijn eerste wedstrijden op de baan (in Aken(D) en tijdens de 2e competitiewedstrijd) over 2.10 te springen en werd hij op de buiten-NK nog 3e met 2.06. Bij de NK blesseerde hij zich opnieuw, zodat ook de rest van het seizoen als verloren beschouwd kon worden. Toch was hij op de Nederlandse jaarranglijst nog gedeeld 5e met 2.10. In 1985 zagen we Erik helemaal niet in actie. Pas in de loop van 1986 leek hij weer hersteld van alle blessures. De buiten-NK leverden een 4e plaats op met 2.08. Later won hij ook nog een wedstrijd in Leiden met 2.09, goed voor een 9e plek op de jaarranglijst van Nederland. Door zijn 3e plaats bij de onderlinge wedstrijden (vlak achter winnaar Arno van Vugt) was eind 1986 al wel zichtbaar dat het met Erik de goede kant op ging. Bij de NK indoor van 1987 bleek dat ook toen hij samen met 3 concurrenten over 2.04 sprong en niemand hoger kwam. Na barragespringen moest Erik weliswaar de overwinning aan Rene van Loon (Spado) laten, hij kreeg toch brons omgehangen, net als een van zijn andere concurrenten. Daarna sloeg opnieuw het pechduiveltje toe: door een verkeersongeluk met zijn mini belandde Erik met een hersenschudding in het ziekenhuis. In de 2e competitiewedstrijd was hij weer present en viel hij ook in op de 110 m horden en de 4x100 m (reserveploeg). Laat in het jaar kwam hij alsnog in vorm: hij won de Open Kempische kampioenschappen in Valkenswaard (met 2.10) en haalde in Leiden zelfs nog 2.15. Op de onderlinge wedstrijden werd het weer een 3e plaats. Met 2.15 stond hij in 1987 (achter Ruud Wielart) toch weer 2e van Nederland. Al in januari 1988 sprong Erik in Zwolle (indoor) over 2.12. Op de NK indoor wist hij zijn beste indoorsprong zelfs nog te verbeteren tot 2.14, waarmee hij het genoegen smaakte om voor Ruud Wielart (2.11) Nederlands kampioen te worden. Op de buiten-NK was het grappig genoeg exact andersom: Ruud 1e met 2.14 en Erik 2e met 2.11 (dat hadden ze vast afgesproken). Erik haalde in 1988 diverse keren de 2.10, maar zoals zo vaak was hij begin september op zijn best toen hij in Utrecht over 2.16 ging, zodat hij op de Nederlandse ranglijst Ruud weer vooraf ging. In 1989 trok Erik zijn grote vorm nog even door. Hij werd met 2.11 Nederlands indoorkampioen, zijn 5e seniorentitel. Daarna volgde er een terugslag. Hij kwam de rest van het seizoen niet hoger dan 2.00, zodat hij buiten slechts de (gedeeld) 3e springer van onze club was. 1989 bleek het laatste seizoen op nationaal topniveau van Erik te zijn geweest. Hij is echter nooit officieel gestopt, integendeel. Na 2 seizoenen pauze was hij in 1992 ineens weer goed voor 2.05 en werd hij 4e bij de onderlinge wedstrijden. In de jaren 1993 t/m 1996 haalde hij steeds 2.00 en in 1995 werd hij nog eens 3e bij de onderlinge 10-kamp. In 1996 werd hij 4e op de toen slechts 4 nummers omvattende onderlinge wedstrijden. Het laatste belangwekkende resultaat dat Erik haalde is zijn overwinning bij de Gay Games in Amsterdam (1998), waarvoor hij overigens aan 1.85 genoeg had. Vreemd genoeg is Erik nooit clubrecordhouder geweest. Wel kwam hij in zijn AV Haarlem-tijd 4x uit voor de Nederlandse ploeg en ik reken er toch wel op dat hij er in 2002 bij de volgende Gay Games in Sydney (AUS) nog bij zal zijn om zijn titel te verdedigen. Naast een loopbaan als atleet heeft Erik er al heel wat jaren als trainer opzitten. Reeds in 1982 begon hij de jeugd van AV Haarlem te trainen en dat doet hij nog steeds. Voorts heeft hij zich als lid van de Technische Commissie voor onze club ingezet. Erik is door het bestuur drie keer onderscheiden: in 1981 met de Van Musscherbeker, in 1985 met de Paulenbeker en in 1988 met de Stijn Jaspersbeker. Frank van Ravensberg |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||